Kruimelpad
Webinar "Overeenkomsten met externe consultants: aandachtspunten anno 2025" (in samenwerking met LegalNews/LegalLearning)
Overeenkomsten met externe consultants (ook wel dienstverleningsovereenkomsten of consultancyovereenkomsten genoemd) worden als dusdanig niet wettelijk geregeld, zodat er bij het opstellen ervan een ruime contractuele vrijheid bestaat.
Uiteraard dient een dienstverlenings- of consultancyovereenkomst vooreerst adequaat worden opgesteld om te vermijden dat de overeenkomst een aantal clausules bevat die de zelfstandigheid van de dienstverlener in twijfel kunnen trekken, wat tot gevolg heeft dat de dienstverleningsovereenkomst wordt geherkwalificeerd als een arbeidsovereenkomst.
Deze overeenkomsten kunnen afgesloten worden met een natuurlijke persoon, maar ook met een vennootschap. Een klassieke stelling is hier dat het contracteren via een vennootschap ook het risico op herkwalificatie aanzienlijk kan beperken, maar is dat wel zo?
Andere belangrijke aandachtspunten zijn uiteraard vooreerst de B2B-wet die op 1 december 2020 in werking getreden is, waarbij er bijzondere aandacht moet zijn bij de redactie van bepaalde clausules zoals bijvoorbeeld het vergoedingssysteem, de redactie van clausules met betrekking tot confidentialiteit, concurrentie…
Ten tweede is er de wet van 28 april 2022 houdende Boek 5 “Verbintenissen” van het nieuwe Burgerlijk Wetboek, die op 1 januari 2023 in werking is getreden, met belangrijke nieuwigheden zoals de imprevisieleer en de regeling van anticipatory breach.
Ten derde is er de wet van 1 juli 2024 houdende Boek 6 “Buitencontractuele aansprakelijkheid”, die in werking is getreden op 1 januari 2025, waarbij de afschaffing van de quasi-immuniteit van de hulppersoon ook een meer dan belangrijk aandachtspunt is.
Meer info en inschrijving via deze link.