Newsflash
Fiscaliteit en sociale zekerheid

De wetgeving inzake de activeringsbijdragen, bedoeld om werkgevers te ontmoedigen om werknemers volledig vrij te stellen van prestaties, is vanaf 1 januari 2024 gewijzigd. De Programmawet van 22 december 2023 heeft de percentages aanzienlijk verhoogd en de voorwaarden verstrengd. Bovendien werd er niet voorzien in overgangsmaatregelen, waardoor zowel nieuwe als reeds bestaande situaties rond vrijstelling van prestaties onder de nieuwe voorwaarden vallen.

De Programmawet van 22 december 2023 heeft de wetgeving inzake activeringsbijdragen gewijzigd en verstrengd.

Verhoging van de percentages

De activeringsbijdragen worden vanaf 1 januari 2024 verhoogd als volgt:

 

Leeftijd bij het begin van de vrijstelling

Percentage van het loon in 2023

Percentage van het loon in 2024

Minimum per kwartaal (EUR)

< 60 jaar

20%

50%

300 EUR

≥ 60 jaar < 62 jaar

15%

45%

225,60 EUR

≥ 62 jaar

10%

40%

225,60 EUR

 Verstrenging van de voorwaarden

De bepaling dat een activeringsbijdrage verschuldigd is wanneer een werknemer geen enkele prestatie heeft geleverd tijdens een volledig kwartaal bij dezelfde werkgever wordt uitgebreid met het leveren van prestaties die overeenkomen met minder dan een derde van de wekelijkse arbeidstijd van de voltijdse werknemers van dezelfde categorie in de onderneming.

Indien een werknemer minder dan een derde van een voltijdse arbeidsregeling tewerkgesteld wordt in een kalenderkwartaal, dan is vanaf 1 januari 2024 bijgevolg een activeringsbijdrage verschuldigd.

Aanpassing bijdragevermindering

Onder de oude regelgeving gold een bijdragevermindering met 40% indien de werknemer een door de werkgever georganiseerde verplichte opleiding van minstens 15 dagen moest volgen over een periode van vier opeenvolgende kwartalen.

Deze verplichte opleiding wordt vanaf 1 januari 2024 vervangen door de verplichting tot het volgen van een outplacementbegeleiding van 60 uur tijdens de eerste vier kwartalen overeenkomend met de waarde van 1/12de van de jaarlijkse bezoldiging voor het kalenderjaar voorafgaand aan de vrijstelling van prestaties met een minimumwaarde van 1.800 EUR en een maximumwaarde van 5.500 EUR en die beantwoordt aan de wettelijke kwaliteitscriteria inzake outplacement.

Schrapping vrijstelling

Onder de oude regelgeving gold een vrijstelling indien de vrijgestelde werknemer een nieuwe tewerkstelling van minstens een derde van een voltijds equivalent had aangevat bij een nieuwe werkgever of in de hoedanigheid als zelfstandige.

Deze vrijstelling werd geschrapt en is niet langer van toepassing. De activeringsbijdrage zal vanaf 1 januari 2024 bijgevolg ook verschuldigd zijn indien de werknemer een nieuwe tewerkstelling of zelfstandige activiteit aanvat.

Inwerkingtreding

De Programmawet voorziet niet in overgangsmaatregelen. De verhoogde percentages en verstrengde voorwaarden zijn vanaf 1 januari 2024 van toepassing op nieuwe en reeds bestaande situaties van vrijstelling van prestaties. Dit standpunt werd ons eveneens bevestigd door de Rijksdienst Sociale Zekerheid.

Actiepunt

Verifieer of nieuwe of reeds bestaande situaties inzake vrijstelling van prestaties onder de nieuwe voorwaarden vallen. Indien de activeringsbijdrage verschuldigd is, dan moet dit worden aangegeven in de DmfA.