Kruimelpad
Nieuwe regels voor Europese ondernemingsraden op komst
De nieuwe herziening van de richtlijn inzake Europese Ondernemingsraden is een stapje dichterbij. Op 9 oktober 2025 heeft het Europese parlement ingestemd met de herziening. De goedkeuring door de Raad van Europa staat vandaag op de agenda. De nieuwe richtlijn beoogt het functioneren van de Europese ondernemingsraden en effectieve consultatie te versterken. Deze newsflash zet de voornaamste nieuwigheden op een rij.
In 1994 werd de richtlijn inzake de instelling van Europese ondernemingsraden aangenomen. Deze richtlijn voorzag in informatie en raadpleging van werknemers voor grensoverschrijdende materies binnen een onderneming of groepen van ondernemingen. Het betreft meer specifiek ondernemingen met ten minste 1 000 werknemers in de lidstaten en in ten minste twee lidstaten een onderneming met elk ten minste 150 werknemers.
Met de Herschikkingsrichtlijn van 2009 werden de informatie- en consultatieverplichtingen ten opzichte van de werknemers verzwaard en kreeg de Europese ondernemingsraad wellicht meer tanden. Dit bleek evenwel onvoldoende: in 2018 werd de nood vastgesteld om de richtlijn opnieuw te herzien op initiatief van het Europees Parlement. De huidige tekst gaat aanzienlijk minder ver dan de oorspronkelijke versie, gestuurd door de Europese vakbonden. Zo stuurden de vakbonden aan om het recht te krijgen om via de rechter beslissingen van het management te kunnen blokkeren. Ook de mogelijkheid voor de rechter om boetes van vergelijkbare omvang als onder de GDPR op te leggen, tot 20 miljoen EUR of 4% van de wereldwijde jaaromzet, werd niet weerhouden.
Dit zijn de belangrijkste wijzigingen:
- Vrijstellingen (oude artikel 13 overeenkomsten) worden afgeschaft: Alle groepen van ondernemingen die voldoen aan de vereisten tot oprichting van een EOR, zullen een Europese ondernemingsraad moeten installeren volgens de regels van de Richtlijn. Dit zou ongeveer 350 groepen van ondernemingen treffen.
- Groepen die al beschikten over een overeenkomst inzake transnationale informatie en consultatie op het moment dat de oorspronkelijke richtlijn in werking trad in 1994, dienden de regels van de Richtlijn niet te volgen. Dergelijke overeenkomsten kunnen nog steeds blijven voortbestaan, maar werknemers of werknemersvertegenwoordigers kunnen vragen om een nieuwe overeenkomst te sluiten in lijn met de nieuwe regels.
- Hetzelfde geldt voor overeenkomsten die afgesloten of gewijzigd waren tussen 5 juni 2009 en 5 juni 2011.
- De consultatieprocedure wordt gewijzigd, aangezien bleek dat de raadpleging binnen de Europese ondernemingsraden vaak ondoeltreffend was. De raadpleging moet de werknemersvertegenwoordigers in staat stellen om een advies uit te brengen. Het hoofdbestuur moet op dit advies een met redenen omkleed schriftelijk antwoord geven, voordat een beslissing kan worden genomen over een transnationale kwestie.
- Vertrouwelijkheid moet worden gemotiveerd: Het inroepen van vertrouwelijkheid moet kunnen gemotiveerd worden zo het delen van informatie, met bijvoorbeeld de lokale ondernemingsraad en werknemers, wordt beperkt. In het verleden bleken ondernemingen te verregaande vertrouwelijkheidsverplichtingen op te leggen die daadwerkelijke consultatie bemoeilijkten.
- De definitie “transnationaal” wordt aangepast: Europese ondernemingsraden moeten geraadpleegd worden over transnationale kwesties. Met een nieuwe definitie wordt verduidelijk dat ook overwogen maatregelen met een invloed op werknemers in één lidstaat, die daarnaast ook gevolgen kunnen hebben voor werknemers in minstens één andere lidstaat, voorwerp uitmaken voor consultatie met de Europese ondernemingsraad. Het concept blijft echter onduidelijk en zal in de praktijk tot oeverloze discussies aanleiding geven.
- Evenwichtigere verhouding tussen mannen en vrouwen: Vrouwen zijn ondervertegenwoordigd in de meeste Europese ondernemingsraden. Bij (her)onderhandelingen van een overeenkomst moeten maatregelen genomen worden met het oog op een evenwichtige verhouding tussen mannen en vrouwen in de Europese ondernemingsraad: 40 % van de zetels voor vrouwen en 40 % voor mannen.
- Nodige capaciteit: Er moet voor gezorgd worden dat Europese ondernemingsraden over de nodige middelen beschikken om hun werk te doen: In EOR-overeenkomsten moeten de toegewezen financiële en materiële middelen worden gespecificeerd, minstens met betrekking tot deskundigen, juridische kosten en opleiding.
- Toegang tot de rechtsmiddelen moet beter: De lidstaten moeten de Commissie in kennis stellen van de wijze waarop rechthebbenden gerechtelijke en eventueel administratieve procedures kunnen inleiden met betrekking tot hun rechten uit hoofde van de richtlijn. De lidstaten zijn ook verplicht te voorzien in doeltreffende, afschrikkende en evenredige sancties om de richtlijn te handhaven.
Aandachtspunt
Zodra de nieuwe richtlijn gepubliceerd is, hebben de lidstaten 2 jaar de tijd om deze om te zetten in nationaal recht. De nieuwe regels zullen vervolgens 1 jaar na deze datum in werking treden. Gedurende deze periode zullen nieuwe Europese ondernemingsraden moeten worden opgericht en bestaande EOR-overeenkomsten heronderhandeld moeten worden.