Kruimelpad
Impact Coronacrisis op uw sociale verkiezingsprocedure: Advies van de Nationale Arbeidsraad
In onze Newsflash van gisteren berichtten wij u over de opschorting van de sociale verkiezingsprocedure. Intussen hebben de sociale partners in de Nationale Arbeidsraad op 24 maart 2020 een unaniem advies uitgebracht over de punten die volgens hen wettelijk geregeld moeten worden om de opschorting en de toekomstige hervatting van de procedure in goede banen te leiden. In afwachting van de wettekst dient u de verkiezingsprocedure wel reeds vanaf dag X+36 voorlopig stop te zetten.
Wij informeren u zodra de aangepaste wetgeving er is via een nieuwe newsflash en webinar.
Covid19 brengt ook het vlot verloop van de sociale verkiezingsprocedure in het gedrang. Zoals wij u in onze newsflash van gisteren berichtten, hebben de sociale partners een akkoord bereikt om de verkiezingsprocedure op te schorten vanaf dag X+36. Intussen heeft de Nationale Arbeidsraad (NAR) een advies uitgebracht over de punten die wettelijk geregeld moeten worden om de opschorting en de toekomstige hervatting van de verkiezingsprocedure in goede banen te leiden. Wij vatten deze voor u samen:
- Wanneer zullen uw sociale verkiezingen plaatsvinden?
U zal de verkiezingsprocedure moeten hervatten op de nieuwe dag X+36. Deze datum zal bepaald worden in functie van de nieuwe verkiezingsdatum (dag Y). De NAR stelt voor om de verkiezingen te laten plaatsvinden in de periode die loopt van 16 tot en met 29 november 2020. De nieuwe dag Y zal niet vrij bepaald kunnen worden, maar zou automatisch volgen uit een logische inpassing van de oorspronkelijk gekozen dag Y. De vastgestelde uurregeling blijft ook behouden. De overlegorganen kunnen wel andere afspraken maken.
Voorbeeld: indien u op donderdag 14 mei 2020 verkiezingen zou organiseren, zou de nieuwe datum automatisch vastgelegd worden op donderdag 19 november 2020.
- Wat met uw huidige verkiezingsprocedure?
Alle stappen van de procedurekalender worden vanaf dag X+36 voorlopig uitgesteld tot na de zomer van 2020. Dit betekent dat de huidige dag X+35 (uiterste datum om kandidatenlijsten in te dienen) behouden blijft volgens de huidige procedurekalender (dus in de periode van 17 tot en met 30 maart 2020, of later voor bedrijven die de verkiezingsprocedure later hebben opgestart of wanneer de verkiezingsprocedure vertraging heeft opgelopen door een procedure voor de arbeidsrechtbank).
Bijgevolg moet u bijvoorbeeld nog niet overgaan tot de aanplakking van de kandidatenlijsten, de samenstelling van de stembureaus, het ‘opkuisen’ van de kiezerslijsten, enzovoort. U zal de nieuwe verkiezingskalender moeten publiceren.
Voorbeeld: indien u op donderdag 14 mei 2020 verkiezingen zou organiseren, zou de nieuwe datum X+40 (aanplakking van de kandidatenlijsten) nu overeenstemmen met woensdag 30 september 2020.
De NAR stelt dat akkoorden en beslissingen die al getroffen zijn tot en met dag X+35 definitief verworven zouden moeten zijn (bijvoorbeeld: de beslissing over elektronische stemming), tenzij het gaat om een akkoord dat zonder voorwerp geworden is en uitdrukkelijk het coronavirus aangeeft als reden van het akkoord (bijvoorbeeld akkoorden die de voorbije weken gesloten werden om de stemming per brief te organiseren).
- Wat als u geen kandidatenlijsten heeft ontvangen?
Enkel wanneer u geen enkele kandidatenlijst (en dit voor geen enkele personeelscategorie) heeft ontvangen, mag u de huidige verkiezingsprocedure nu al stopzetten. U moet dan de formaliteiten hiervoor vervullen (aanplakking van het bericht inzake de stopzetting en upload op de webapplicatie van de FOD WASO). Als u echter minstens één kandidatenlijst heeft ontvangen (zelfs wanneer er slechts één kandidaat is), moet u de procedure opschorten vanaf dag X+36. U zal de procedure moeten hervatten vanaf de nieuwe dag X+36.
- Wat met de verkiesbaarheidsvoorwaarden voor de kandidaten?
De NAR stelt dat alle verkiesbaarheidsvoorwaarden van de kandidaten beoordeeld moeten worden op de oorspronkelijk geplande dag Y. Dit geldt ook voor de vervangende kandidaten die ten laatste op de nieuwe dag X+76 worden voorgedragen. Concreet zal de kandidaat bijvoorbeeld zes maanden anciënniteit bereikt moeten hebben op de oorspronkelijk geplande dag Y.
- Wat met de tweede anciënniteitsvoorwaarde voor uitzendkrachten?
Sedert deze verkiezingen kunnen uitzendkrachten stemgerechtigd zijn bij de gebruiker. Hiervoor moet de uitzendkracht voldoen aan een dubbele anciënniteitsvoorwaarde, die voldaan moet zijn gedurende twee referteperiodes. De eerste periode liep vanaf 1 augustus 2019 tot en met dag X. De tweede periode loopt vanaf dag X tot en met dag X+77. In deze tweede periode moet de uitzendkracht in totaal minstens gedurende 26 arbeidsdagen tewerkgesteld zijn. De NAR stelt voor dat deze tweede anciënniteitsvoorwaarde wordt geneutraliseerd gedurende de opschorting van de verkiezingsprocedure. M.a.w., de tweede anciënniteitsperiode loopt vanaf dag X tot en met dag X+35 en herneemt vanaf de nieuwe dag X+36 tot en met de nieuwe dag X+77.
- Wat met de bestaande organen en huidige beschermde werknemers?
Volgens de NAR blijven de bestaande OR en het CPBW verder functioneren totdat de nieuw verkozen organen geïnstalleerd zijn (ten laatste op de nieuwe dag Y+45). De personeelsafgevaardigden blijven tot die datum uiteraard ook hun bescherming genieten. Dit geldt ook voor de kandidaten die in 2016 werden voorgedragen, maar niet verkozen werden (met uitzondering van de niet-verkozen kandidaten die bij de vorige verkiezing ook al niet verkozen waren aangezien hun bescherming normaal gezien een einde nam in mei 2018).
- Wat met de ontslagbescherming van de kandidaten van 2020?
De kandidaat die op de kandidatenlijst van dag X+35 voorkomt, geniet de ontslagbescherming sinds dag X-30 tot aan de datum van de eerste vergadering van de OR of het CPBW van de sociale verkiezingen van 2024 (normaal gezien juni 2024). Op dit vlak zou er dus niets wijzigen aan de regelgeving.
- Wordt de occulte periode ‘verlengd’ door de opschorting van de sociale verkiezingsprocedure?
De occulte periode wordt niet verlengd, maar eerder verlegd.
De NAR stelt voor dat vanaf uw nieuwe ‘fictieve’ dag X, zijnde 36 dagen voorafgaand aan de nieuwe dag X+36, een nieuwe occulte periode start tot uw nieuwe dag X+76. Een kandidaat die uiterlijk op de nieuwe dag X+76 wordt voorgedragen ter vervanging van een kandidaat die op dag X+35 was voorgedragen, geniet de ontslagbescherming vanaf de nieuwe dag X.
Concreet zou dit betekenen dat werknemers ontslagen in de periode vanaf uw huidige dag X+36 tot vóór uw nieuwe dag X (tussen 18 en 31 augustus 2020 volgens de voorgestelde nieuwe verkiezingskalender) niet als vervanger aangeduid zouden kunnen worden. Die werknemers zullen bijgevolg geen bescherming genieten.
- Wat met de bescherming van de werknemer die in 2016 kandidaat was, maar niet opkomt in 2020? Hoe wordt de beschermingsvergoeding berekend ingeval van ontslag?
Deze werknemer geniet de bescherming totdat de nieuw verkozen organen geïnstalleerd zijn (ten laatste op de nieuwe dag Y+45). Dit geldt ook voor de kandidaat die in 2016 niet verkozen was (met uitzondering van de niet-verkozen kandidaat die bij de vorige verkiezing ook al niet verkozen was aangezien zijn bescherming normaal gezien een einde nam in mei 2018).
Indien deze werknemer ontslagen wordt terwijl hij de ontslagbescherming nog geniet, heeft hij recht op een beschermingsvergoeding. Deze bestaat uit een vast deel in functie van de anciënniteit op de ontslagdatum. Op dit vlak zou er dus niets wijzigen aan de regelgeving.
Daarnaast heeft deze werknemer ook recht op het ‘variabel’ deel van de beschermingsvergoeding wanneer hij zijn re-integratie vraagt en deze door de werkgever niet (geldig) wordt aanvaard. Voor de berekening van dit variabel deel stelt de NAR voor om een onderscheid te maken in functie van de ontslagdatum:
- ingeval van een ontslag vóór 18 maart 2020: het variabel deel moet berekend worden op basis van het loon vanaf de ontslagdatum tot en met de datum waarop de eerste vergadering van de nieuw verkozen OR of het CPBW had plaatsgevonden indien de verkiezingsprocedure niet was opgeschort. Het gaat dus om de periode tot uiterlijk de oorspronkelijk geplande dag Y+45 (normaal in juni 2020).
- ingeval van een ontslag vanaf 18 maart 2020: het variabel deel moet berekend worden op basis van het loon vanaf de ontslagdatum tot en met de datum waarop de eerste vergadering van de nieuw verkozen OR of het CPBW volgens de hervatte verkiezingsprocedure zal plaatsvinden. Het gaat dus om de periode tot uiterlijk de nieuwe dag Y+45 (normaal in december 2020).
- Wat met de bescherming van de huidige beschermde werknemers wanneer u in december 2019 geen verkiezingsprocedure moest opstarten?
Wanneer u de wettelijke drempels van 50 of 100 werknemers niet meer bereikte in de wettelijke referteperiode en u bijgevolg in december 2019 geen sociale verkiezingsprocedure moest opstarten voor het CPBW en/of de OR, en de bestaande organen dus niet hernieuwd moeten worden, blijven de kandidaten die in 2016 verkozen werden hun bescherming genieten tot zes maanden te rekenen vanaf de eerste nieuwe dag Y (dus in principe te rekenen vanaf 16 november 2020). Dit geldt ook wanneer u in 2020 geen nieuwe verkiezingen moet organiseren bij gebrek aan de vereiste kandidaturen.
Actiepunt
Hoewel de opschorting van de verkiezingsprocedure nog wettelijk bevestigd moet worden, dient u uw verkiezingsprocedure volgens de FOD WASO reeds vanaf dag X+36 voorlopig stop te zetten. Enkel wanneer er geen enkele kandidatenlijst werd ingediend (en dit voor geen enkele personeelscategorie), mag u de procedure definitief stopzetten.
We passen momenteel onze website www.socialelections.be aan zodat u daar binnenkort een nieuwe Covid19 verkiezingskalender kan downloaden.
De hoger beschreven principes uit het advies van de NAR moeten nog eerst verwerkt worden in de wetgeving. Wij informeren u zodra de aangepaste wetgeving er is en zullen hierover ook een webinar organiseren. De datum en de uitnodiging volgen nog.