Newsflash
Collectieve arbeidsbetrekkingen

Hoewel telewerk al enige tijd de norm is als maatregel teneinde de verspreiding van het Covid-19-virus te voorkomen, bleef een passend wettelijk kader specifiek voor telewerk ten tijde van Covid-19, uit. De Nationale Arbeidsraad besloot hieraan tegemoet te komen en heeft op 26 januari 2021 een nieuwe collectieve arbeidsovereenkomst (cao) in het leven geroepen die een specifiek kader creëert voor telewerk dat aanbevolen of verplicht is ingevolge de Covid-19-crisis.

Telewerk in België

Het Belgisch arbeidsrecht omvat twee stelsels van “telewerk”: enerzijds structureel telewerk, geregeld door de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 85 en anderzijds occasioneel telewerk, geregeld door de wet werkbaar en wendbaar werk. Het verschil tussen structureel en occasioneel telewerk bestaat erin dat structureel telewerk op regelmatige basis wordt uitgevoerd en occasioneel telewerk slechts incidenteel (bv. in geval van overmacht of om persoonlijke redenen van de werknemer).

Door de inwerkingtreding van de cao nr. 149 op 26 januari 2021 heeft het Belgisch arbeidsrecht er een nieuw, tijdelijk stelsel bij specifiek voor telewerk aanbevolen of verplicht door de overheid ingevolge de Covid-19-crisis.

Cao nr. 149

De cao nr. 149 is enkel van toepassing op ondernemingen die op datum van 1 januari 2021 nog geen regeling van telewerk hebben uitgewerkt overeenkomstig de bepalingen van structureel of occasioneel telewerk. Voor ondernemingen die al een beleid rond telewerk hebben uitgewerkt, verandert er dus niets. Voor ondernemingen die vandaag nog geen regeling hebben, blijft het overigens nog steeds mogelijk om een instrument van onbepaalde duur uit te werken op basis van de cao nr. 85 inzake structureel telewerk.

Beginselen tot regeling van telewerk

Het eerste luik van de cao nr. 149 bevat een aantal principes en een referentiekader waarmee ondernemingen rekening moeten houden bij het maken van afspraken rond telewerk ten tijde van Covid-19. Zo moeten er afspraken worden gemaakt rond de terbeschikkingstelling van materiaal (of compensatie bij het gebruik van eigen apparatuur van de telewerker), alsook de bijkomende verbindingskosten. Verder gaat de cao nr. 149 ook uit van het principe dat de telewerker zelf zijn of haar werk organiseert binnen het kader van de in de onderneming geldende arbeidsduur. Daarnaast wijst de cao nr. 149 eveneens op de mogelijkheid van de werkgever om op gepaste en proportionele wijze controle uit te oefenen op de resultaten en/of de uitvoering van het werk. In de cao nr. 149 wordt, anders dan in de cao nr. 85, uitdrukkelijk benadrukt dat er afspraken moeten worden gemaakt over de (on)bereikbaarheid van de telewerker om rekening te houden met de “afstemming telewerk en privéleven”.

De cao nr. 149 is minder formalistisch dan de cao nr. 85 in die zin dat er geen bijlage bij de arbeidsovereenkomst is vereist. De afspraken kunnen worden vastgelegd in een ondernemings-cao, het arbeidsreglement, een individueel akkoord, maar evengoed in een telewerkpolicy. De cao nr. 149 benadrukt dat de afspraken op een flexibele manier tot stand moeten kunnen komen en uitdrukkelijk moeten worden gecommuniceerd, bijv. via intranet, e-mail of een digitale vergadering.

Beleid voor welzijn op het werk specifiek in verband met telewerk

De nieuwe cao nr. 149 bevat daarnaast ook een luik betreffende het beleid voor welzijn op het werk. Dit hoofdstuk kan worden gezien als een beknopte samenvatting van de bestaande wettelijke bepalingen (met name van de cao nr. 85, de codex welzijn op het werk, de wet werkbaar en wendbaar werk), maar bevat ook enkele specifieke elementen.

De cao nr. 149 legt hoofdzakelijk een aantal informatieverplichtingen op aan de onderneming. De werkgever moet zijn telewerkers informeren over de preventiemaatregelen met betrekking tot de aanpassing van de werkpost, het goede gebruik van de beeldschermen en beschikbare ondersteuning op vlak van techniek en informatica.

Daarnaast moet de werkgever de telewerkers ook de namen en contactgegevens meedelen van de in de cao gespecifieerde personen die ondersteuning kunnen bieden. De telewerkers kunnen hen dan “op gepaste manier” contacteren, bv. door het versturen van een foto (van de arbeidspost) of via videoconferentie. Waar nodig kunnen dan aanpassingen aan de arbeidspost voorgesteld worden. Meer algemeen geeft de werkgever ook informatie over de modaliteiten en specificiteiten van telewerk aan de hiërarchische lijn en de telewerkers zelf en dit bijvoorbeeld door het organiseren van een opleiding.

Naast deze informatieverplichtingen speelt de cao nr. 149 in op een in deze “corona-tijden” actueel psychosociaal risico. De werkgever moet namelijk passende maatregelen nemen om de verbondenheid van de telewerkers met de onderneming te behouden. Een gelijkaardige verplichting was reeds voorzien in de cao nr. 85. Wat de huidige cao nr. 149 hieraan toevoegt, is dat de onderneming bijzondere aandacht moet schenken aan de “kwetsbare telewerkers”, zijnde de werknemers die bijvoorbeeld door hun persoonlijke situatie, gezins- en/of huisvestingssituatie tijdens het telewerk met bijkomende spanningen te maken hebben. Zo kan de werkgever – hij is dus niet verplicht om dit te doen – onder andere goed georganiseerde en beperkte terugkeermomenten inplannen met respect voor de sanitaire voorschriften. We merken hierbij op dat een bijeenkomst in fysieke aanwezigheid op heden niet mogelijk is.

Geldigheidsduur

Zoals hierboven reeds aangegeven, voorziet de cao nr. 149 slechts in een tijdelijk stelsel en treedt deze hoe dan ook buiten werking op 31 december 2021. In het advies van de NAR wordt verduidelijkt dat deze cao ook vroeger kan vervallen indien de maatregel tot verplicht of aanbevolen telewerk door de overheid vóór 31 december 2021 zou worden opgeheven.

Actiepunt

Indien uw onderneming nog geen beleid heeft uitgewerkt inzake (structureel of occasioneel) telewerk, dan is deze cao van toepassing. Het blijft daarnaast in elk geval mogelijk om een instrument van onbepaalde duur uit te werken op basis van de cao nr. 85 inzake structureel telewerk. Wat betreft welzijn op het werk, dienen de reeds bestaande verplichtingen nageleefd te worden, weliswaar met daarbij bijzondere aandacht voor de (psychosociale) risico’s eigen aan het telewerk in deze pandemie.