Newsflash
Ondernemingsrecht en corporate governance

De nieuwe Wet van 25 april 2014 legt aan de kredietinstellingen die onder het toepassingsgebied van de wet vallen striktere verplichtingen op, onder meer wat betreft het beloningsbeleid.

De nieuwe wet van 25 april 2014 zet een Europese richtlijn (Richtlijn CRD IV) om in het Belgische recht en legt aan de kredietinstellingen gedetailleerde verplichtingen op inzake governance, versterking van kapitaalsbuffers en beloningsbeleid.

De wet legt kredietinstellingen de verplichting op om een beloningsbeleid uit te werken voor bestuurders, personeel met een invloed op het risicoprofiel van de kredietinstelling en personeelsleden die zich qua beloning op hetzelfde niveau bevinden als beide vorige categorieën.

In Bijlage II bij de wet worden in detail de principes voor de vaste en variabele beloning bepaald. De variabele beloning wordt beperkt tot het hoogste van volgende twee bedragen: 50% van de vaste beloning, of 50.000 EUR, zonder dat dit bedrag hoger mag zijn dan de vaste beloning. De vertrekvergoedingen worden aan een gelijkaardig regime onderworpen als bij de beursgenoteerde instellingen. Ook voor de indiensttredingsvergoedingen en de pensioenen worden een aantal principes vastgelegd.

Tenslotte wordt aan de kredietinstellingen de verplichting opgelegd, zich te onthouden van betalingen door middel van vehikels of methodes die het omzeilen van de bepalingen van de wet vergemakkelijken. Kredietinstellingen die uitzonderlijke overheidssteun ontvangen kunnen sowieso geen variabele vergoedingen meer uitkeren aan hun leidinggevenden.

 

> Actiepunt

Kredietinstellingen moeten hun beloningsbeleid afstemmen op de nieuwe Wet van 25 april 2014.