Vanaf 1 april 2012 - De aanvullende vakantie

Wie pas aan de slag gaat of na lange tijd een activiteit hervat heeft nu recht op aanvullende vakantie na een aanloopperiode van drie maanden.

Het nieuwe stelsel van jaarlijkse vakantie, de zogenaamde aanvullende vakantie, voorzien in het koninklijk besluit van 19 juni 2012, brengt de Belgische regelgeving eindelijk in overeenstemming met het Europees recht.

Tot op heden hadden werknemers in de privé-sector pas recht op 4 weken vakantie na eerst een volledig jaar te hebben gewerkt. Dit is niet meer het geval.

Personen die nooit of slechts gedeeltelijk onderworpen zijn geweest aan de gecoördineerde wetten betreffende de jaarlijkse vakantie, zoals personen die pas aan de slag gaan in de privé-sector of na lange tijd het werk hervatten (bv. na loopbaanonderbreking) zullen voortaan ook in het eerste jaar recht hebben op vakantie via het stelsel van de aanvullende vakantie.

Concreet zal aan de werknemer, op diens vraag, aanvullende vakantie en vakantiegeld worden toegekend:

• wanneer alle vakantiedagen die zijn toegekend op basis van de huidige wetgeving zijn opgenomen;
• vanaf het tijdstip waarop de periodes van werkelijke arbeidsprestaties of gelijkgestelde periodes gedurende eenzelfde kalenderjaar minstens drie maanden, al dan niet onderbroken, bedragen ("aanloopperiode"). Bedienden zullen na deze aanloopperiode recht hebben op een week vakantie en vervolgens per gewerkte of gelijkgestelde maand maximum 2 dagen aanvullende vakantie (in een 6-dagen stelsel) opbouwen. Voor arbeiders is het aantal aanvullende vakantiedagen evenredig aan het aantal effectief gewerkte en gelijkgestelde dagen tijdens het lopende jaar.

De werknemer zal een vakantiegeld ontvangen dat gelijk is aan zijn gewone loon. Dat vakantiegeld zal worden gefinancierd met een aftrek op het dubbel vakantiegeld van het volgende jaar of de volgende jaren indien nodig. Gezien het aanvullend vakantiegeld gefinancierd wordt met het dubbel vakantiegeld van het volgende jaar (de volgende jaren) moet er geen werkgeversbijdrage worden op betaald. De bijzondere werknemersbijdrage is daarentegen wel verschuldigd.

Het koninklijk besluit heeft uitwerking met ingang van 1 april 2012 en is van toepassing voor de eerste maal op de vakantie die in 2012 wordt opgenomen.

> Actiepunt

Ook nieuwe werknemers en zij die het werk hervatten hebben recht op vakantie.