Newsflash
Mobiliteit en immigratie

Europees Hof Van Justitie - Ook bij een gelijktijdige tewerkstelling in meerdere landen geldt in eerste instantie het criterium "plaats van gewoonlijke tewerkstelling". Het criterium "vestiging die de werknemer in dienst heeft genomen" geldt slecht ondergeschikt en verwijst volgens het Hof uitsluitend naar de vestiging die de arbeidsovereenkomst heeft gesloten.

In een arrest van 15 december 2011, heeft het Hof wederom (zie ook onze flash van 31 maart 2011) bevestigd dat ook bij een gelijktijdige tewerkstelling in meerdere landen het toepasselijke recht op de arbeidsovereenkomst moet worden bepaald op basis van het criterium " het land waar de werknemer gewoonlijk werkt". Dit is het land waar de werknemer het belangrijkste deel van zijn verplichtingen jegens zijn werkgever vervult. Hierbij moet rekening worden gehouden met de omstandigheden die de werkzaamheid kenmerken zoals de plaats van waaruit de werknemer zijn werkzaamheden verricht, instructies voor zijn opdrachten ontvangt, zijn werk organiseert en de plaats waar zich de arbeidsinstrumenten bevinden.

Slechts wanneer op basis van de concrete omstandigheden het onmogelijk is om de plaats van gewoonlijke tewerkstelling te bepalen, geldt het subsidiaire criterium "het land van de vestiging die de werknemer in dienst heeft genomen".

Het Hof verduidelijkt nu ook in dit arrest dat dit ondergeschikte criterium uitsluitend verwijst naar de vestiging die de werknemer in dienst heeft genomen en niet naar de vestiging waar de werknemer tijdens zijn effectieve tewerkstelling aan was verbonden. De vestiging die de werknemer in dienst heeft genomen hoeft geen afzonderlijke rechtspersoonlijkheid te hebben en moet niet noodzakelijk tot dezelfde onderneming behoren als de formele werkgever..

HvJ 15 december 2011 - (Voogsgeerd/Navimer - C-384/10))