Newsflash
Einde van de arbeidsovereenkomst
Fiscaliteit en sociale zekerheid
Aanwerving en selectie
Pensioenen
Arbeidstijd en vrije tijd

Op 30 maart 2018 werd de laatste in een reeks hervormingswetten gepubliceerd die we in onze eerste newsletter van dit jaar aan jullie voorstelden: de wet betreffende de versterking van de economische groei en de sociale cohesie. We overlopen kort welke gevolgen deze wet voor u meebrengt.

01-01-2018

De loonkost voor werknemers die ploeg- of nachtarbeid verrichten, wordt gedrukt door middel van een vrijstelling van doorstorting van een gedeelte van de bedrijfsvoorheffing mits er voldaan wordt aan bepaalde voorwaarden. Deze vrijstelling wordt niet langer berekend op het niveau van de individuele werknemer, maar op het niveau van de werknemersgroep die daarvoor in aanmerking komt. Daarnaast wordt de definitie van ploegenarbeid uitgebreid naar werknemers die werken verrichten op werven. Het gaat daarbij om werken in onroerende staat.

In het kader van de strijd tegen stress en burn-out, wordt financiering voorzien voor projecten - ingediend door paritaire (sub)comités en ondernemingen - ter preventie van psychosociale risico’s binnen de onderneming (bv. organisatie van een sensibiliseringsactie).

09-04-2018

Daarnaast krijgt het comité voor preventie en bescherming op het werk de taak om op regelmatige tijdstippen overleg te plegen over de-connectie van het werk en het gebruik van digitale communicatiemiddelen. Dat kan leiden tot afspraken die worden vastgelegd in een cao of arbeidsreglement.

Een nieuwe bepaling legt een verbod op om bij cao de tewerkstelling van uitzendkrachten in bepaalde bedrijfstakken te verbieden. Twee bestaande sectorale verboden worden daarmee opgeheven, dat van de binnenscheepvaart (PC 139) en de verhuissector (PC 140.05).

01-05-2018

Bezoldigingen van werknemers die laattijdig worden betaald door toedoen van de overheid of ten gevolge van een geschil zijn volgens de wetgeving belastbaar aan het gemiddeld tarief van het laatste jaar van normale beroepswerkzaamheden. Hetzelfde belastingregime wordt vanaf 1 mei 2018 toegepast op de bezoldigingen van bedrijfsleiders die laattijdig zijn betaald door toedoen van de overheid of ten gevolge van een geschil. Deze regeling geldt voor vergoedingen betaald of toegekend vanaf 1 januari 2018, met uitzondering van de vergoedingen waarvoor het belastingregime al vastligt bij inwerkingtreding van de wijziging.

In geval van ontslag door de werkgever tijdens de eerste zes maanden van tewerkstelling, zijn vanaf 1 mei 2018 nieuwe opzeggingstermijnen van toepassing:

Anciënniteit

Huidig

Toekomst

< 3 maanden

2 weken

1 week

tussen 3 en < 4 maanden

4 weken

3 weken

tussen 4 en < 5 maanden

4 weken

4 weken

tussen 5 en < 6 maanden

4 weken

5 weken

01-07-2018

Om de aanwerving van jongeren tussen 18 en 20 jaar te stimuleren krijgt de werkgever vanaf 1 juli 2018 de mogelijkheid om onder bepaalde voorwaarden een lager brutoloon toe te kennen dan het actueel geldende minimumloon. Indien de werkgever van deze optie gebruikmaakt, moet hij wel maandelijks bovenop het verminderde loon een forfaitaire toeslag betalen, vrijgesteld van RSZ-bijdragen en bedrijfsvoorheffing.

Aanslagjaar 2019

De derde pensioenpijler - het individueel pensioensparen - wordt uitgebreid. Momenteel kan de spaarder jaarlijks een bedrag van 960 EUR (geïndexeerd bedrag voor aanslagjaar 2019) aan de kant zetten, wat een belastingvermindering van 30% oplevert. De nieuwe regeling houdt in dat de belastingplichtige kan kiezen om jaarlijks tot 1.230 EUR (geïndexeerd bedrag voor aanslagjaar 2019) te sparen. In dat geval daalt het belastingvoordeel echter tot 25%.

Opgelet, de hoofdstukken met betrekking tot het verenigingswerk en occasionele diensten tussen burgers, werden uiteindelijk niet opgenomen in deze wet. Deze maatregelen - die de mogelijkheid creëren om onder bepaalde voorwaarden onbelast bij te verdienen - vereisen nog verdere discussie alvorens ze in voege kunnen treden.