Newsflash
Mobiliteit en immigratie

Wanneer gedetacheerde werknemers niet in het bezit zijn van een LIMOSA-formulier, moet de Belgische eindgebruiker zelf de aangifte doen bij de RSZ. Het Europees Hof van Justitie oordeelde in haar arrest van 3 december 2014 dat deze LIMOSA-aangifteplicht voor de eindgebruiker gerechtvaardigd kan zijn.

Buitenlandse werkgevers van naar België gedetacheerde werknemers moeten voorafgaandelijk bij de RSZ een LIMOSA-aangifte doen. Als bewijs hiervan krijgen ze een LIMOSA-formulier dat de betrokken werknemers altijd bij zich moeten hebben. De Belgische eindgebruiker moet op zijn beurt controleren of de werknemers een LIMOSA-formulier hebben. Zoniet moet de Belgische eindgebruiker de LIMOSA-aangifte zelf doen bij de RSZ.

Het niet naleven van deze verplichting door de eindgebruiker is strafrechtelijk gesanctioneerd (sanctie niveau 3).

Aan het Europees Hof werd de vraag gesteld of deze verplichting voor de eindgebruiker strijdig is met het vrij verkeer van diensten dat binnen Europa geldt.

Het Europees Hof oordeelde dat de LIMOSA-meldingsplicht voor de eindgebruiker niet in strijd is met het vrij verkeer van diensten, voor zover zij dient ter bescherming van werknemers en de bestrijding van sociale fraude en vaststaat dat deze maatregel geschikt is en niet verder gaat dan noodzakelijk om deze doelstellingen te bereiken. Het is vervolgens aan de Belgische rechter om te beoordelen of dit effectief het geval is.

> Actiepunt

Als Belgische eindgebruiker moet u controleren of elke vanuit het buitenland gedetacheerde werknemer in het bezit is van een LIMOSA-formulier. Zoniet moet u de aangifte zelf doen bij de RSZ.