Newsflash
Werknemersvertegenwoordiging
Einde van de arbeidsovereenkomst

De sociale partners hebben op 18 januari 2011 een ontwerp van interprofessioneel akkoord (I.P.A.) afgesloten voor de jaren 2011-2012. Dit ontwerp moet nog worden voorgelegd aan de verschillende instanties van de groep van sociale partners, waarna de regering de noodzakelijke ontwerpteksten zal opstellen voor de toepassing van dit akkoord.

Naast de gewoonlijke thema's (koppeling van de sociale uitkeringen aan het welzijn, de loonnorm, de verlenging van de maatregelen inzake brugpensioen, enz.), bevat het ontwerp van I.P.A. ook een belangrijk hoofdstuk over de harmonisering van het statuut van arbeider en bediende.

Zo zou vanaf 2012, voor bedienden van wie het bruto jaarloon het bedrag van 30.535 EUR (bedrag 2011) overschrijdt, de opzeggingstermijn gelijk zijn aan één maand per begonnen jaar anciënniteit, met een minimum van drie maanden (buiten de proefperiode). Dit zou dus de formule Claeys vervangen (die het referentiepunt vormt voor deze werknemers). Voor de bedienden die meer dan 61.071 EUR bruto (bedrag 2011) per jaar verdienen, zouden er wel nog, ten laatste op het moment van de indiensttreding, opzeggingsclausules kunnen worden overeengekomen. Opgelet: deze nieuwe regels zouden slechts van toepassing zijn op de nieuwe arbeidsovereenkomsten. Dit betekent dat voor de van kracht zijnde arbeidsovereenkomsten het huidige principe op basis waarvan de opzeggingstermijn wordt vastgelegd, verder toepassing vindt. De formule Claeys zal dus haar belang blijven behouden voor de komende jaren.

Bovendien zouden binnen de N.A.R. elke twee jaar C.A.O.'s worden afgesloten (in drie stappen, tussen 2012 en 2017), om "convergentiecoà«fficià«nten" vast te leggen, om progressief de opzeggingstermijnen voor arbeiders te verhogen en progressief de opzeggingstermijnen voor "hogere" bedienden te verminderen.

Tegen eind 2012 zou dan een definitief regime worden uitgewerkt op basis van de volgende principes: de bescherming tegen ontslag (na één jaar anciënniteit) zou worden gevormd door drie elementen, meer bepaald een te presteren opzeggingstermijn, een gedeeltelijke opzeggingstermijn zonder prestaties en een gedeelte ten laste van de RVA. Artikel 63 van de wet van 3 juli 1978 (willekeurig ontslag van arbeiders) zou op haar beurt worden "geactualiseerd". Dit "definitief regime" zou geen afbreuk doen aan de bestaande rechten voor de arbeidsovereenkomsten die van kracht zijn op het moment van de inwerkingtreding van dit regime.

De toenadering van de statuten betreft ook andere aspecten (jaarlijkse vakantie, gewaarborgd loon, carenzdag, tijdelijke werkloosheid, fusie van paritaire comités, maandelijkse betaling van het loon, enz.)

Wij bezorgen u binnenkort een gedetailleerde newsletter over al deze nieuwe maatregelen.