Newsflash
Compensation & Benefits

Op 28 februari werd de wet tot invoering van een mobiliteitsbudget goedgekeurd in de kamer en aan de koning overgemaakt ter bekrachtiging en publicatie in het Belgisch Staatsblad. Deze wet, die van toepassing is vanaf 1 maart 2019 voorziet in de mogelijkheid voor werknemers om hun bedrijfswagen en toebehoren in te ruilen voor een mobiliteitsbudget. Dit mobiliteitsbudget kan gebruikt worden om een milieuvriendelijkere bedrijfswagen ter beschikking gesteld te krijgen en/of duurzame vervoersmiddelen te financieren en in voorkomend geval het saldo te ontvangen met toepassing van een gunstige (para-)fiscale behandeling.

Vanaf 1 maart 2019 kan een werkgever die minstens gedurende 36 maanden een of meerdere bedrijfswagens ter beschikking stelt aan zijn personeel vrijwillig zijn werknemers de mogelijkheid bieden om in het mobiliteitsbudget te stappen. Er is een uitzondering voorzien voor nieuwe werkgevers.

Werknemers die gedurende de 36 maanden voorafgaand aan hun schriftelijke aanvraag tot instap in het mobiliteitsbudget gedurende 12 maanden effectief over een bedrijfswagen beschikten en die de 3 maanden voorafgaand aan deze schriftelijke aanvraag ononderbroken over een bedrijfswagen beschikten, komen hiervoor in aanmerking. Werknemers die gedurende deze periodes deel uitmaken van een functiecategorie waarvoor het bij de werkgever geldende bedrijfswagenbeleid in een bedrijfswagen voorziet, maar die niet over een bedrijfswagen beschikken alsook nieuwe werknemers komen eveneens in aanmerking.

Bij instap in het mobiliteitsbudget levert de werknemer (indien deze over een bedrijfswagen beschikt) de bedrijfswagen met bijhorende voordelen in (tankkaart, verzekering, onderhoud,...) en ontvangt in ruil hiervoor een mobiliteitsbudget.

Dit mobiliteitsbudget bestaat uit de jaarlijkse bruto kost van de ingeleverde bedrijfswagen (of de bedrijfswagen waarvoor men in aanmerking kwam) in hoofde van de werkgever, met inbegrip van de fiscale en parafiscale lasten en de hieraan verbonden kosten (financieringskosten / jaarlijkse afschrijving van 20%, brandstofkosten, verzekeringen, solidariteitsbijdrage,...).

De werknemer kan dit mobiliteitsbudget vervolgens aanwenden binnen 3 pijlers.

Binnen de eerste pijler kan geopteerd worden voor de terbeschikkingstelling van een milieuvriendelijke bedrijfswagen. Het gaat hierbij om ofwel een volledig elektrische bedrijfswagen, of om een bedrijfswagen met een CO2-uitstoot van maximaal 105 gr./km (vanaf 2020: 100 gr./km; vanaf 2021: 95 gr./km).

Binnen de tweede pijler kunnen alternatieve en duurzame vervoerswijzen gefinancierd worden, met name (i) zachte mobiliteit (aankoop, onderhoud en verplichte uitrusting) zoals een fiets, speed-pedelec, elektrische motorfietsen,... (ii) openbaar vervoer zoals een abonnement voor het woon-werkverkeer van de werknemer maar ook andere openbare vervoersbewijzen (binnen de EER), (iii) georganiseerd gemeenschappelijk vervoer en deeloplossingen zoals carpooling en autodelen, taxi’s en autoverhuur met chauffeur, de huur van voertuigen zonder bestuurder gedurende maximaal 30 kalenderdagen per jaar en (iv) het betalen van huurgelden en interesten van een hypothecaire lening met betrekking tot een woning, gelegen binnen een straal van 5 kilometer van de plaats van tewerkstelling van de werknemer.

Het deel van het mobiliteitsbudget dat wordt besteed binnen de tweede pijler is volledig aftrekbaar voor de werkgever en volledig vrijgesteld van sociale zekerheidsbijdragen en belastingen in hoofde van de werknemer.

Een eventueel saldo wordt binnen de derde pijler uitbetaald (in principe gedurende het begin van het volgende jaar of na de beëindiging van de arbeidsovereenkomst), na aftrek van een bijzondere werknemersbijdrage van 38,07% maar vrijgesteld van belastingen en is volledig aftrekbaar in hoofde van de werkgever.

Tot slot geven we nog mee dat de wet tot wijziging van sommige bepalingen betreffende de mobiliteitsvergoeding (cash for car) werd goedgekeurd door de kamer op 21 februari 2019 en ter bekrachtiging werd voorgelegd aan de Koning met het oog op de publicatie ervan in het Belgisch Staatsblad. Deze wet aligneert de criteria waaraan de werknemers moeten voldoen opdat zij in aanmerking zouden komen voor de mobiliteitsvergoeding met deze van het mobiliteitsbudget.  

> Actiepunt

Vanaf 1 maart 2019 kan een werkgever zijn werknemers de mogelijkheid bieden om in te stappen in het mobiliteitsbudget. Diverse actoren bieden al producten aan die specifiek kaderen binnen dit wettelijk kader. Bij het invoeren van het mobiliteitsbudget moet bijzondere aandacht besteed worden aan het opstellen van een “mobiliteitsbudgetpolicy”.