Gebruik van een bedrijfswagen van een buitenlandse werkgever in België - De wetgever verandert de regels

Vanaf 1 oktober 2014 moeten zich nieuwe documenten bevinden aan boord van een bedrijfswagen van een buitenlandse werkgever die in België wordt gebruikt door een Belgische inwoner.

Voertuigen die in België in het verkeer worden gebracht moeten in principe ingeschreven en onderworpen zijn aan de belasting op de inverkeersstelling. Dit principe geldt eveneens voor voertuigen die ingeschreven zijn in het buitenland maar die in België rondrijden en worden gebruikt door Belgische inwoners.

Er bestaan evenwel enkele uitzonderingen die onlangs werden gewijzigd via een Koninklijk Besluit van 18 juni 2014.

Hierdoor geldt geen verplichting tot inschrijving wanneer een Belgische inwoner in de uitoefening van zijn beroep (en in bijkomende orde voor privédoeleinden) in België gebruik maakt van een voertuig dat in het buitenland is ingeschreven.

Deze uitzondering veronderstelde tot nog toe dat het voertuig ter beschikking werd gesteld door de werkgever met wie hij verbonden was door middel van een arbeidsovereenkomst, en dat zich een attest, afgeleverd door de btw-administratie, aan boord van het voertuig bevond.

Deze laatste vereiste werd opgeheven door het voormelde Koninklijk Besluit. Voortaan, vanaf 1 oktober 2014, is het verplicht dat de volgende twee documenten zich aan boord van het voertuig bevinden:

• een kopie van de arbeidsovereenkomst;
• een document opgesteld door de buitenlandse werkgever waaruit blijkt dat hij het voertuig ter beschikking stelt van de betrokken werknemer.

> Actiepunt

Vanaf 1 oktober 2014 moet zich in het voertuig dat ter beschikking wordt gesteld door een buitenlandse werkgever een kopie van de arbeidsovereenkomst bevinden, alsook een document waaruit blijkt dat de buitenlandse werkgever het voertuig ter beschikking stelt van de werknemer.