Newsflash
Pensioenen

Zoals aangekondigd in onze  newsflash van 11 maart 2016 , stelt de fiscus, onder bepaalde voorwaarden, de periode gedurende de welke de begunstigde van een pensioenkapitaal werkloosheidsuitkeringen met een bedrijfstoeslag (SWT) ontvangt gelijk aan een actieve periode om te bepalen of het belastingtarief van 10% van toepassing is. De fiscus verduidelijkt nu haar standpunt in een advies dat op 11 juli 2016 gepubliceerd werd in het Belgisch staatsblad. 

Werknemers en bedrijfsleiders moeten gedurende de drie jaren die de wettelijke pensioenleeftijd (momenteel 65 jaar) voorafgaan effectief een professionele activiteit hebben uitgeoefend opdat zij onderworpen zouden zijn aan het voordelige belastingtarief van 10% op aanvullende pensioenkapitalen.

De fiscus stelt evenwel bepaalde periodes van inactiviteit of verminderde activiteit gelijk met actieve periodes. Dit geldt eveneens voor de periode gedurende de welke de begunstigde van een pensioenkapitaal werkloosheidsuitkeringen met een bedrijfstoeslag (SWT) ontvangt, voor zover hij aangepast beschikbaar is volgens de werkloosheidsregelgeving.

Deze gelijkstelling heeft een heel aantal praktische vragen doen rijzen, waarop de fiscus gedeeltelijk een antwoord biedt in een advies dat op 11 juli 2016 in het Belgisch staatsblad werd gepubliceerd. Volgens de fiscus moet een onderscheid gemaakt worden tussen bestaande en nieuwe werklozen in SWT:

  • De werklozen die in SWT zijn sinds 1 januari 2015 zijn in principe onderworpen aan de verplichting van aangepaste beschikbaarheid voor de arbeidsmarkt tot de maand waarin zij de pensioenleeftijd bereiken en kunnen dus genieten van het tarief van 10%.

    Wanneer zij echter een vrijstelling van aangepaste beschikbaarheid hebben gevraagd en verkregen, worden zij niet beschouwd als “effectief actief” door de fiscus.
     
  • De bestaande werklozen in SWT op 31 december 2014 die zijn vrijgesteld van de verplichtingen verbonden aan de beschikbaarheid voor de arbeidsmarkt, zijn evenmin “effectief actief” en kunnen dus niet genieten van het tarief van 10%.

Momenteel bestaat er geen enkele procedure die pensioeninstellingen de mogelijkheid biedt om na te gaan of de begunstigde van het pensioenkapitaal aangepast beschikbaar is en het tarief van de bedrijfsvoorheffing aldus van toepassing is. Volgens de fiscus kan dit bewijs geleverd worden met alle middelen van recht, met uitzondering van de eed.

> Actiepunt

In het kader van de eindeloopbaanregelingen moet men onthouden: de werkloze in SWT geniet niet automatisch van het belastingtarief van 10% op bepaalde aanvullende pensioenkapitalen. Hij moet aangepast beschikbaar zijn voor de arbeidsmarkt en het komt aan hem toe om dit te bewijzen.